maandag 18 november 2013

Weg met de toonladders!

Jarenlang heb ik het gedaan: toonladders zingen. En nog jaren daarna leerde ik het aan mijn leerlingen. In 2006 hield ik ermee op. Waarom?




Vocaliseren
Het zingen van toonladders wordt in de klassieke wereld vocaliseren genoemd. Je zingt, meestal op klinkers, toonladders of gebroken akkoorden (arpeggios) naar boven en weer naar beneden. Zoals een gitarist of saxofonist de scales (toonladders) op het instrument leert vinden en spelen, zo moet een zanger dat ook doen. Toch?

Automatisch
Nou nee. Als je een majeur toonladder (do-re-mi etc) kunt zingen in de ene toonsoort, dan kun je ze in alle toonsoorten zingen. Daar hoef je het dus niet voor te doen.



Egaliseren
De heilige graal in de klassieke techniek is het egaliseren van de stem. Dat betekent dat je een vloeiende overgang leert zingen tussen wat men borststem en kopstem noemt. Om te beginnen: in niet klassieke muziek is het vaak niet vereist dat die overgang vloeiend gaat. En dan nog is het de vraag of het zingen van toonladders de beste manier is om de stem te egaliseren.

Kleine stapjes
De praktijk zag er zó uit: je zong een toonladder, en dan deed je hetzelfde steeds opnieuw, maar dan steeds een halve toon hoger. Dan wist je zeker dat je alle noten raakte en steeds hoger een verbinding leerde zingen.

Laag strottenhoofd
Het grootste bezwaar tegen deze aanpak, is dat er veelal niet werd uitgelegd hóe je het moest doen. De docent zei alleen maar of het goed of slecht was. Of deed het hooguit een keer voor. Zie dat in het juiste tijdsbeeld: men wist alleen maar, dat als je je strottenhoofd zo laag mogelijk hield, de overgang makkelijker ging. Dus dat was de enige aanwijzing. En die leidde tot een klassieke klank.

Strottenhoofd op gelijk niveau houden
Dit was ten dele waar. De overgang tussen het zingen mét en zonder compressie is goed te verdoezelen, of te mengen. Maar het geheim hiervan is niet een laag strottenhoofd. Het is een gelijkblijvend strottenhoofd. Dus als je je strottenhoofd op dezelfde hoogte kunt houden gedurende de "stembreuk" dan heb je een vloeiende overgang. Het kan dus ook zonder een klassieke klank!

Zonder toonladders
Dit is te leren zonder het zingen van toonladdders. En dat is goed nieuws. Wist je dat bij de meeste zanglessen, de helft van de tijd verloren gaat aan het "inzingen" of het zingen van toonladders? Naast het feit dat het je stem klassiek laat klinken, is het eigenlijk zonde van je geld. Het is namelijk niet de oefening zelf die je stem zal verbeteren, het is het inzicht dat je krijgt over hoe je stem wérkt tijdens die oefening waar je wat van leert.

Context
Dat wat je veel oefent, daar wordt je meestal beter in. Dus als toonladders oefenen effectief is, dan hooguit in het leren van toonladders zingen. Dat is misschien een leuke vaardigheid. Maar wat wil je liever leren? Songs of toonladders? Want hoe werken je hersens? Dat is inmiddels al heel uitvoerig onderzocht: als je iets leert in de context, in de praktijk, dan leer je het beter. Dat is ook de reden dat een rijles achter het stuur van een auto plaatsvindt en niet in een rijsimulator of uit een boekje. als je iets oefent binnen de context, leer je de oplossingen meteen toe te passen. Je hoeft ze niet eerst uit een losse oefening te halen.

Binnen de song
Kamp je met een probleem in een liedje? Een VocalFeedback doecnt is getraind in het herkennen en het oplossen ervan. En als je in een andere song hetzelfde probleem tegenkomt, dan zit er in je hersenen al een hele situatie aangekoppeld, die je al eerder hebt opgelost. Dat geeft zelfvertrouwen en herkenning.

Efficient
Binnen de muzikale context aan techniek leren werken, brengt nog een belangrijk voordeel met zich mee: je kunt meteen de emotie, de interpretatie, in het nummer integreren. En dat versterkt je techniek: je lichaam weet precies hoe het technisch met een emotie om moet gaan. Je oefent dus niet eerst de droge noten om er later emotie aan toe te voegen. De mens is geen machine, maar een samenspel van systemen die samenwerken. Als je die systemen los van elkaar gaat koppelen, oefen je eigenlijk maar half.

Vals zingen
In je hoofd is altijd een perfecte representatie van de te zingen toon. Vals zingen duid op een technische disbalans. Die is meestal eenvoudig op te lossen. Dus ook voor het zuiver leren zingen heb je geen toonladders nodig.

Leuk
Tot slot: toonladders zingen is eigenlijk niet leuk. Songs zingen is wel leuk. Daar doe je het toch voor? Of wil je een toonladder concert geven? Wat je vaak doet, daar wordt je beter in. Waar je tijd in stopt en aandacht aan geeft, daar zul je eerder in uit gaan blinken. Dus zing maar zoveel als je kunt en laat een VocalFeedback docent je helpen je talent verder te ontwikkelen!








vrijdag 8 november 2013

Jouw smaak, jouw muzikaliteit

Als je besluit zangles te nemen, doe je dat meestal omdat je niet tevreden bent met hoe je zingt. Wat hoop je te vinden? Een manier om je zang te verbeteren. Of, beter nog, aan te passen aan je smaak. Wat je meestal vindt, is een zangleraar of lerares, die ook een eigen smaak heeft. En dat is vaak niet dezelfde als de jouwe.

muzikaal
Laten we er voor het gemak eens vanuit gaan, dat jij, net als de meeste mensen, muzikaal bent. En dat jij goed kan horen of je het mooi vindt of niet. Hoe belangrijk is dan de smaak van je zangdocent?

smaak
Maar een zangdocent heeft iets wat jij niet hebt: ervaring, kennis over de stem en een manier om je zang te verbeteren. Wat nou, als je die kennis zou kunnen gebruiken om voor elkaar te krijgen dat je beter klinkt volgens jouw eigen smaak?

idee
Helaas gaan de meeste zangdocenten voorbij aan jouw muzikaliteit. Ze denken hun idee over hoe jij moet klinken aan je op te moeten dringen om een gezonde manier van zingen te krijgen.
En dat is waar VocalFeedback het verschil maakt. Met deze zangmethode schakel je de docent uit als beoordelaar van jouw artistieke idee. Een VocalFeedback docent helpt je de mogelijkheden van je stem uit te breiden, maar jouw smaak staat voorop bij het beoordelen van het resultaat.

terugluisteren
De hiervoor gebruikte methode is heel simpel: er wordt gebruik gemaakt van een goed opname -en monitoringssyteem. Eigenlijk zing je in een studio-situatie. Je hoort tijdens het zingen je stem terug door een koptelefoon. Dus zoals een ander jouw stem ervaart. Zo leer je je stem anders te beoordelen. En na het zingen luister je terug wat je hebt gedaan. Het is dus niet de mening van de zangdocent die bepaalt wat je moet doen, jij bent de enige die hier uiteindelijk over oordeelt.

ideaal
Je docent zal wél voorstellen doen. Zodat je je mogelijkheden uit kunt breiden en je klank kunt verder ontwikkelen. Soms maak je daarvoor een klank die je zelf nooit zou maken. Als je hem daarna terughoort via de opname, zul je verbaasd zijn dat een klank, die in je hoofd heel lelijk lijkt, soms precies de klank is die je je als ideaal had voorgesteld en die je eerst niet kon bereiken.

geen beperking
Het zelf kunnen beoordelen zorgt dus niet voor een beperking van je smaak, maar voor een veel snellere acceptatie van nieuwe klanken en ideeën. Voorop staat, dat als jij het zelf niet kunt beoordelen, je het ook niet kunt accepteren en eigen maken. Vandaar dat monitorsysteem; je hoort jezelf zonder koptelefoon voor een groot deel “van binnenuit”. En dat geluid is totaal anders dan hoe een ander jouw stem hoort.

nieuwe klanken
Jouw VocalFeedback docent zal je in dit proces ondersteunen en helpen. Hij hoort je immers hetzelfde als jijzelf. Daarom kan hij je helpen nieuwe ideeën te ontwikkelen en nieuwe klanken klanken te ontdekken.

professionele opname
Bijkomend voordeel van het hebben van zangles in een studio, is dat je aan het einde van de les met een professionele opname naar huis gaat. Die kun je terug luisteren om te wennen aan een nieuwe sound. En je kunt hem trots laten horen aan iedereen in je omgeving.


spectaculaire ontwikkelingen
Tot slot: het maken van een opname is onderdeel van een neuropsychologisch proces, dat zorgt voor een enorme versnelling van je ontwikkeling. Dat is een uit de studiowereld bekend fenomeen. Zo kan het dat een artiest bijvoorbeeld maanden doet over het opnemen van een album, terwijl hij dat album vervolgens binnen een paar weken live perfect vertolkt. Dat proces is één van de pijlers van de VocalFeedback methode en zorgt voor spectaculaire ontwikkelingen bij leerlingen. Als je wilt weten hóe snel dat werkt, kun je dat natuurlijk in een les komen ervaren!

dinsdag 5 november 2013

Leergierigheid

Als vrijwilliger werk ik sinds anderhalf jaar op de basisschool waar mijn kinderen op zitten, de Lanteerne in Nijmegen. Daar geef ik muzieklessen op het leerplein. Dat is een initiatief waar leerlingen leren vanuit hun eigen leervraag. En dat is precies het soort onderwijs waar ik blij van wordt. Want kinderen leren graag. Zeker als het over muziek gaat. Maar wel vanuit hun eigen interesse. Dus niet de vaardigheid voorop stellen om noten te leren lezen. Want dat is het paard achter de wagen spannen. Een kind leert eerst spreken, dan pas schrijven en lezen.

En zo kan het gebeuren, dat ik 5 kleuters in de les heb. De ene achter het drumstel, nog één op de basgitaar, twee op van die schattige kindergitaartjes en één op de synthesizer. Na wat eenvoudige instructie hoe ze het instrument moeten vasthouden gaan we gewoon spelen. En we nemen het meteen op 8 sporen op. Om terug te luisteren. En gewoon voor de kick, omdat het kań.

Leren ze het instrument eerst beheersen voordat ze samenspelen? Nee. Eerst moeten ze leren dat het best lastig is om iets te doen. Maar als ze een doel hebben, gaat het leren vanzelf. Zoals een kind dat iets wil pakken, vanzelf wel een keer zal opstaan.

Het lastigst voor mij is, om het te laten gaan. Gewoon te laten gebeuren. Ik help ze met het leren maken van geluid met hun instrument. Maar ik zeg ze niet wat ze moeten leren spelen. Pas als iemand vastloopt help ik verder.

Vergelijk het met tekenen. Vanaf de jongste leeftijd doen kinderen dat. Zeggen volwassenen ook wát ze moeten tekenen? Nee, meestal niet, dat is ook niet nodig. Kinderen tekenen vanzelf wel. En zo kan het ook met muziek. Wil je je er verder in bekwamen, dan is de aanwezigheid van een docent handig. Maar niet eens echt noodzakelijk.

En als een kind hierdoor nu eens een verkeerde techniek leert op een instrument? De angst daarvoor mag nooit de creativiteit in de kiem smoren. Bovendien, een verkeerde techniek leer je pas aan na veel repeteren van een verkeerd bewegingspatroon. Een docent heeft dus veel gelegenheid om het te signaleren en bij te sturen.

Zijn de muziekjes en projecten dan ook kinderachtig? Nou, nee. Ze komen met vragen:"hoe maak ik een rap?" "Hoe maak ik van samples een beat?" "Ik wil een liedje over de herfst schrijven". Behoorlijk ambitieuze projecten. En het gekke is, ze komen altijd af. Of ze leren elkaar een instrument te bespelen. Ook heel verrassend want dat werkt perfect. Trompet, gitaar, ze weten precies hoe ze het moeten vertellen. Sterker nog: één leerling heeft mij geleerd hoe dat werkte met die embouchure; een woord dat hij niet eens kende. Maar hij heeft het me wél geleerd!

Begrijp me goed, we hebben het hier over basisschool-leerlingen!

Alles wat ik hierboven heb gezegd geldt ook voor volwassenen. Een volwassene is ook kind geweest. En weet echt nog wel hoe dat was. Spreek je in het leren en enthousiasmeren het ontdekkende kind aan in de volwassene, dan zal ook de volwassene, ondanks jarenlang "keurslijfonderwijs", beter leren. Leergierig zijn. En snel vorderingen maken.

Daar waar het onderwijs leerlingen moet afleveren, die moeten voldoen aan de eisen van de geïndustrialiseerde maatschappij, zullen leerlingen de stof van bovenaf door hun strot geduwd krijgen. Daarbij gaat de leergierigheid verloren. Maar daar waar we ons realiseren dat we mensen willen opleiden voor het leven, om een gelukkig en creatief mens te worden, krijgen we leerlingen die leren om zelf na te denken en innovatief te zijn. De vaardigheden die nodig zijn om geld te verdienen zijn in vergelijking daarmee niet belangrijker dan het halen van een zwemdiploma. Dan verandert het karakter van de scholen van het opleiden van mensen om geld te gaan verdienen binnen de huidige maatschappij, naar instituten waar kinderen zich breed ontwikkelen tot volledig functionerend mens, die de oplossingen van de toekomst zal gaan formuleren. Of de muziek zal componeren die je over 15 jaar op je holopad hoort en ziet.

maandag 10 juni 2013

Pannenkoekers

Pannenkoekers
Men dacht lang geleden dat de aarde plat was. Zelfs toen Columbus uitvoer, dachten nog veel mensen dat je van de aarde af zou vallen als je lang genoeg zou doorvaren. De aarde was volgens hen zo plat als een pannenkoek.

Het beeld hoe de wereld er uitzag, werd dan ook gemodelleerd aan de hand van die gedachtegang, dat geloofssysteem: naar het westen varen om in het oosten terecht te komen was immers vragen om moeilijkheden! Columbus had het lef om het bestaande geloofssysteem naast zich neer te leggen. En deed daardoor een belangrijke ontdekking.

Ontdekking
Amerika is niet uitgevonden maar ontdekt. Er is een groot verschil tussen een ontdekking en een uitvinding. Een stemindeling op basis van registers is een uitvinding. Of dat nou stemfuncties zijn of voice qualities, het blijft een uitvinding, een concept. Met als doel om de stem helder en inzichtelijk in te delen. Zodat de zanger kan kiezen tussen verschillende sounds.

Wat als...
Met de ontwikkeling van VocalFeedback, heb ik mezelf een vraag gesteld: wat als......of: zou het zonder die indeling van de stem voor de zanger echt zo onduidelijk worden? En toen ik vervolgens dapper westwaarts voer, heb ik een ontdekking gedaan. Door die ontdekking, die heel simpel is maar tegelijk daardoor ook heel krachtig, viel het oude geloofssysteem dat de stem ingedeeld moest worden, als een kaartenhuis in elkaar.

Boek
Mijn boek, "de essentie van de stem" beschrijft waarop ik mijn methode heb gebaseerd. Verrassend eenvoudig maar daardoor ook heel snel en doeltreffend.

Zuur
Maar is het niet zuur voor iedereen die CVT, EVTS, belcanto, Lichtenberger en noem verder maar op heeft  gestudeerd? Zijn jaren studie en (soms heel veel ) geld dan voor niks geweest? Moet je voor VocalFeedback alles weer "onleren"?

Laag
De ontdekking die de basis vormt van VocalFeedback, vormt ook de basis voor alle andere mogelijke stemindelingen. Sterker nog: als je VocalFeedback snapt, begrijp je andere methodes ook veel beter. Alle stemindelingen zijn een soort laag bovenop hoe de stem daadwerkelijk functioneert: de onderste laag. Deze onderste laag is de laag waar VocalFeedback vanuit gaat.

Stemonderzoek
Joe Estill en haar voorgangers hebben veel stemonderzoek gedaan. Die informatie is zeer bruikbaar gebleken. Maar zij heeft op basis van haar onderzoeken een register indeling gemaakt. Een complex systeem, waarbij ze de zanger veel meer kennis geeft dan hij nodig heeft om te leren zingen.

Bestuurder
Als je een auto goed leert besturen, moet je het systeem koppeling, gas, rem, stuur goed leren aanvoelen en bedienen. Een beetje basis kennis hoe een auto werkt is dan handig, maar er zijn niet veel mensen die de carburateur onder de motorkap kunnen aanwijzen. Die informatie is voor een goede bestuurder ook niet noodzakelijk bij het rijden.

Bad science
Maar bij al het wetenschappelijk onderzoek geldt niet alleen dat je de juiste onderzoeksvraag moet stellen, je moet ook de informatie interpreteren. Als je van te voren besluit dat de stem vier modi heeft, en je gaat zoeken naar bevestiging van dat idee door een zaal stemprofessionals de criteria te geven en vervolgens te testen of ze de stemvoorbeelden daarmee goed kunnen indelen, dan toon je niet aan dat jouw indeling klopt, maar dat je een zaal met professionele toehoorders hebt. En dat je goed kan uitleggen.

Feiten
Bij het ontwikkelen van VocalFeedback ben ik uitgegaan van het belangrijkste wat je wetenschappelijk gezien moet doen: feiten scheiden van meningen of constructies. Voorbeeld: dat er een stembreuk plaats kan vinden als je van laag naar hoog zingt, is een feit. Dat dat komt doordat er twee registers zijn, is een mening, een bedenksel. Ik heb de gedachte dat er iets anders aan de hand kon zijn niet losgelaten. Want er zijn ook zangers bij wie dit van nature niet gebeurt. En hoewel Sadolin behoorlijk dicht bij de oplossing kwam, heeft ze toch ervoor gekozen weer met registers te werken (ze noemt het stemfuncties).

Ontdekking
Dankzij het werk van vele zangers, zangpedagogen en auteurs over de stem, ben ik steeds dichterbij een oplossing gekomen, maar pas toen ik de "wat als...?..." -vraag durfde te stellen, heb ik mijn ontdekking gedaan.


Literatuur onderzoek
Er is inmiddels zeer veel bekend over de fysiologie van de stem. Uiteraard heb ik mijn ideeën uitvoerig getoetst aan alles wat er al bekend is over de werking van de stem. Daar ben ik erg rigoureus in geweest. Zelfs oude boeken over de edele zangkunst uit de 19e eeuw heb ik dankzij Google aan de vergetelheid kunnen ontrukken. Juist uit de boeken uit die tijd spreekt een sterke drang naar vernieuwing, een hongerig verlangen naar meer kennis, die wij helaas pas nu, dankzij fMRI en ander onderzoek bezitten. Wat ik verder vond was ook veel informatie over ideeën die al erg in de richting kwamen van VocalFeedback, maar die (nog) niet de bestaande kopstem-middenstem-borststem doctrine konden doorbreken.

Wetenschappelijk onderzoek
Eigen wetenschappelijk onderzoek heb ik niet gedaan. Voornamelijk omdat de bestaande onderzoeken de functie van de verschillende organen waaruit de stem is opgebouwd al uitstekend beschrijven. Die kennis is al aanwezig. Ik heb geen nieuwe stemindeling bedacht, ik heb een stemindeling nagenoeg verwijderd. Cathrin Sadolin heeft wél een stemindeling bedacht. En doet, om deze stemindeling te toetsen, daar al enkele jaren wetenschappelijk onderzoek naar. De resultaten zijn, voor zover mij bekend, nog steeds niet gepubliceerd, hoewel het onderzoek al in 2006 werd aangekondigd.

Publiceren
Het is gebruikelijk om wetenschappelijk onderzoek te publiceren, niet alleen de resultaten, maar ook de onderzoeksvraag en het verloop van het onderzoek. Een claim dat een methode "wetenschappelijk bewezen" is, kan dan ook alleen dán worden gedaan, als het "goed empirisch onderzoek" betreft. En de onderzoeken voor iedereen beschikbaar zijn.

De praktijk
Een goede zangmethode moet gebaseerd zijn op hoe alles functioneel echt werkt. Niet op bedenksels. En een zangmethode is pas echt goed, als hij ook werkt. Als je leert zingen met VocalFeedback, gaat dat snel en goed. En daar gaat het uiteindelijk om. Stemproblemen worden in een héél vroeg stadium ontdekt en aangepakt, mensen leren snel en effectief hun geluid kennen en krachtiger te maken (maar niet per sé harder, zoals CVT doet), en zangers van allerlei pluimage zijn na één coaching vaak verontwaardigd dat het allemaal zo simpel is, terwijl ze vaak jaren gedaan hebben over de meest eenvoudige vorderingen. Maar hoe komt dat?

Voelen en denken
Als voelen en denken over hetzelfde gaan, begrijp je onmiddellijk wat je aan het doen bent. Een VocalFeedback leerling leert de sensaties in keel, mond, en de rest van zijn lijf  te duiden met woorden die dat gevoel het dichtst benaderen. Dus niet met een abstract systeem er tussen.


Hoe werkt dat dan?
Enkele voorbeelden: VocalFeedback maakt je bewust van de koppelingen tussen spiergroepen die bij bepaalde klanken "aanstaan" om deze bij klanken waar dat niet zo is, bewust óók te gebruiken. Anderszijds worden ongewenste koppelingen ontkoppeld, zodat je bij het zingen van met name hoge noten niet je keel meer verkrampt. Het in de juiste stand zetten van je spraakkanaal dmv van het systeem van basisklinkers is nog een ander belangrijk onderdeel.

Boek
Dit alles wordt uitgebreid beschreven in het boek "de essentie van de stem". En natuurlijk dat ene idee, waardoor alle registerindelingen ineens overbodig en tegelijkertijd begrijpelijk worden......



Pudding
Maar hoeveel boeken er ook uitkomen over Vocalfeedback, het is en blijft een zangmethode. Een manier om te leren zingen. "De essentie van de stem" is het verhaal àchter wat er in een coaching gebeurt. Echt ervaren wat VocalFeedback kan doen voor jou, is alleen mogelijk in de praktijk. En niet in een wetenschappelijk onderzoek. Of, zoals men ook zegt:

"the proof of the pudding is in the eating"


nieuwsgierig geworden? Lees "de essentie van de stem".
Te bestellen op http://www.vocalmedia.nl/shop/

en boek een coaching op: www.zangtechniek.nl


vrijdag 22 maart 2013

Zangerslatijn

Zangerslatijn

Om uit te drukken wat je precies met je stem doet, is taal nodig. Woorden en begrippen. Iedereen weet dat de aarde om de zon draait. En toch zeg je:”de zon komt op”. Omdat je dat zo waarneemt. Maar die zon doet niks. Het is juist de aarde die om de zon draait. Toen Copernicus dat ontdekte, werd 'ie door het vaticaan gevangen gezet. Pas toen hij toegaf dat hij er naast zat, mocht hij naar huis.

Gevestigde begrippen kunnen dus best hardnekkig zijn. Zelfs als er onomstotelijk wetenschappelijk bewijs is, blijft men “in de volksmond (klinkt ook een beetje onsmakelijk)” vasthouden aan verkeerde omschrijvingen.

De zanglespraktijk zoals we hem nu kennen, heeft haar wortels in het 350 jaar oude belcanto. De begrippen die vele zangers en zangdocenten gebruiken stammen nog uit die tijd zijn grotendeels achterhaald maar toch bijna onuitroeibaar. Ze geven vaak een even slecht beeld van wat je precies met je stem doet, als de uitdrukking “de zon komt op” zegt over de beweging van dit hemellichaam. Zo zijn er bijvoorbeeld de begrippen “kopstem”en “borststem” (je hebt toch maar één stem?). Deze begrippen komen van de waarneming, dat de stem "in je kop" resoneert bij hoge tonen en "in je borst" bij lage tonen. Die waarneming klopt, maar het is niet waar de stem vandaan komt. Die zit gewoon in je keel. De naam van deze registers is daarna dan wel veranderd in achtereenvolgens “kopregister en borstregister, en toen “modaal” register en “falsetto”. Maar als je kijkt naar de functie van je stembanden, dan is deze indeling niet correct. Bovendien, nog een nadeel van het bedenken van nieuwe woorden voor toongebieden in de stem blijft: je moet er een definitie aan plakken. En over die definitie wordt dan weer eindeloos gediscussieerd. Wat nou, als de omschrijving meteen de definitie zou kunnen zijn? Dan ben je eerder klaar met steggelen, en kan je lekker gaan zingen.

De Vocalfeedback methode doet precies dát: heldere omschrijvingen en een direct begrip wat je precies doet. Als je er dan toch op stáát om het over kopstem en borststem te hebben, dan moet je dat doen. Maar het is inmiddels 2013. Als je vasthoudt aan achterhaalde begrippen, stagneert iedere ontwikkeling. Stel je voor, dat men de Apollo's had gelanceerd volgens de modellen van het Vaticaan. Dan zweefden ze nu nog ergens verdwaald door ons zonnestelsel.

zondag 24 februari 2013

Als perfectie de norm is, schiet iedereen te kort.


Nick (van Nick en Simon) in the Voice of Holland, tegen een kandidaat:”ik kon je niet op een foutje betrappen, dus ik móest wel op de knop drukken”. Gaat het daarom? Geen fouten maken? Heb je dan succes, als je geen fouten maakt?

Als je op een podium staat als zanger, dan is het publiek je klant. En het publiek is altijd eerlijk: doe je het goed, dan raak je ze, trek je ze mee in je energie. Doe je het niet goed, dan breng je niks over. Maar het publiek rekent je nooit af op je fouten. Het rekent je af op je overtuigingskracht. Dat heb ik zelf als zanger al erg vaak meegemaakt: als je er veel energie in stopt, maken foutjes weinig indruk. Geen fouten willen maken is misschien wel nuttig als je repeteert of oefent. Maar op een podium of in de studio, als het er echt om gaat, dan is het vooral je passie en overtuiging die moeten overkomen: je publiek moet je geloven!

Lijkt het bovenstaande op het intrappen van een open deur? Bedenk je dan eens hoe het in jouw branche is. Of op je werk. Wordt je afgerekend op fouten, of juist gevierd om je inzicht, je kennis, en je vaardigheden? Wat voor leider ben je? Straffen of belonen? Of wat voor werknemer ben je? Ben je bang om fouten te maken, of neem je graag risico?

Ik werk als zangcoach nooit foutgericht; fout zingen bestaat niet. Zelfs als iemand vals zingt, is daar gewoon een oorzaak voor, die is op te lossen. Niet door iemand te wijzen op de valse noten, maar door hem te helpen bijvoorbeeld zijn ademhaling beter in balans te krijgen.

Ben ik zelf dan bang fouten te maken als coach? Welnee. Ik beschik meestal over een aantal verschillende manieren om bij een student iets voor elkaar te krijgen. Werkt het één niet, dan probeer ik wel een andere manier. En soms probeer ik iets nieuws. Daar is nooit bluf bij: ik zeg altijd vooraf dat ik een experiment uitvoer. En als het werkt, hebben zowel de leerling als ik iets geleerd. En zo heb ik er weer een strategie bij gekregen.

Zijn mijn leerlingen dan bang om fouten te maken? Helaas soms wel, in de eerste les. Als ze gewend zijn aan een andere aanpak bijvoorbeeld, van een andere docent, die op iedere slak zout legde. Of als ze gewoon nerveus zijn voor de eerste kennismaking. Maar na de eerste les is dat meestal helemaal weg. Dat komt omdat ik opnames maak van hun vorderingen. Dan nemen we samen de goede punten door. De dingen die minder goed gaan, hoort de leerling zelf ook wel. En dan gaan we samen proberen, om dat wat goed gaat uit te breiden. Dat lukt altijd. En dat laat ik weer terughoren. Daarmee bouwt een leerling, steen voor steen, aan het zelfvertrouwen. Het eindresultaat mag mee naar huis, om te laten horen aan iedereen. En om zelf aan te wennen: zó kan ik klinken.

Ik zou willen dat het hele onderwijs op deze positief bekrachtigende manier zou werken. Mijn dochtertje van 6 was echt verdrietig toen ze in haar CITO toets 3 fouten had. Ze had dus 47 vragen goed, maar dat kon haar niet troosten. Dat is ook niet zo gek. Men meet hoe goed iemand is, door het aantal fouten te tellen. De bedoeling van een test, is natuurlijk om vast te stellen waar zij eventueel nog aan moet werken. Maar dat is er niet bij gezegd en ze beschouwde het als een wedstrijd, die ze alleen kon winnen met 50 goede antwoorden. Ze is slim genoeg, maar als perfectie de norm is, schiet iedereen te kort.

vrijdag 22 februari 2013

Zingen met een open keel: alweer een zangmythe ontmaskerd.

Probeer het maar eens: je keel open zetten en tegelijkertijd klank maken met je stem. Als je denk dat het mogelijk is, lees dan eens een boek over anatomie. Je stembanden zijn open als je ademt en gesloten als je spreekt of zingt. Maar wat wordt dan bedoeld als zoveel collega's het hebben over " zingen met een open keel"? Ze doelen daarmee waarschijnlijk op het " open " of ruime gevoel in je keel als je met een goede techniek zingt. Hier is dus (wederom) sprake van uit het belcanto overgeleverd verhullend en fout woordgebruik. Als je zingt, dan is het zingen met een ontspannen tongbasis een basis voorwaarde voor een goede toon, ongeacht de stijl waar je in zingt. En als je dat doet, voelt je keel "open". Maar dat is ' ie zeker niet! Een zangdocent die het mechanisme niet kent, refereert aan het keelgevoel. Mijn leerlingen leren gewoon hun tongbasis te ontspannen. Lees er meer over in "de essentie van de stem" www.vocalmedia.nl/shop.

donderdag 7 februari 2013

Ad Libs

Een kandidaat in the Voice of Holland zong een nummer van Trijntje Oosterhuis. Alle stoelen draaiden, maar niet van Trijntje. Haar commentaar: " je zingt het goed, maar mijn Ad Libs heb je niet goed gezongen."

Er zijn veel misverstanden over ad libs. Een ad lib is een vrij door de zanger of instrumentalist in te vullen gedeelte in de muziek. Dus als een zanger een stukje mag improviseren, dan is dat een ad lib. Zing je de door jou bedachte lijn daarna steeds hetzelfde, dan is het geen ad lib meer, maar een riff of een lick. Dus als Trijntje zegt dat haar ad libs niet goed worden nagezongen, dan is dat een rare uitspraak: een ad lib die je nazingt is geen ad lib meer! En als Trijntje iedere avond dezelfde lijntjes zingt, dan zijn ze voor haar ook geen ad libs meer, maar gecomponeerde versieringen, ornamentaties en melismen.

Meer over ad libs en improvisatie vind je in het blad Bandcoach van maart 2013.

Aanvulling achteraf:
Uit de reacties op  deze Blog, maak ik op dat er mensen zijn, die het "om de melodie heen bewegen" als ad libs betitelen. Maar dat is slechts één vorm, bekend door ad libs koninginnen Mariah Carey, Whitney Houston, Christina Aguilera etc. Een ad lib kan echter voortkomen uit alle mogelijke vormen van improvisatie. Het is immers een "vrije invulling", ad lib betekent namelijk "ad libitum", "naar vrijheid". Ad libs beperken tot melisme (omspeelde melodie) is niet vrij meer. Zeker niet als je altijd dezelfde versiering zingt. De term ad lib wordt dus vaak slecht gebezigd. Het is een modewoordje geworden, waarvan de betekenis niet meer lijkt te worden begrepen.

zondag 27 januari 2013

Muziekstijl en jouw stem

"Jouw stem is heel geschikt voor klassiek" of:"Jij kunt beter geen rock gaan zingen". Dit zijn uitspraken die sommige leerlingen van mij ooit hoorden van anderen. Maar klopt dit eigenlijk wel?

Een stem is een stem, en in principe geschikt voor iedere stijl. Klinkt een stem te dun voor rock? Dan kun je dat met een goede zangcoach gewoon veranderen. Of wil je leren hoe je met en zonder compressie onhoorbaar in elkaar over kunt laten lopen voor een goede klassieke klank? Geen punt. Met een goede zangtechniek kun je alles gewoon leren. Vanwege je gewoontes, de normale manier waarop je je stem gebruikt, zijn er wel stijlen die je wat gemakkelijker af zullen gaan. Maar geloofwaardig zingen in iedere stijl behoort altijd tot de mogelijkheden. En juist de stijlen die wat verder van jouw dagelijkse stemgebruik af liggen zijn echt hartstikke leuk en leerzaam om te ontdekken. Zo kom je aspecten tegen van je stem en zelfs van je persoonlijkheid die je nog niet kende. Dus laat je nooit beperken door vooringenomenheid; een goede zangcoach helpt je juist je grenzen te verleggen!

zaterdag 19 januari 2013

Talentenshow: meedoen of niet?

x-Factor, the Voice of Holland, Voice Kids, so you wanna be a popstar, the Winner is, Idols; al veel leerlingen van mij hebben meegedaan aan een talentenshow op televisie. Een aantal is behoorlijk ver gekomen, soms wel tot in de finale. Maar is dat ook wat voor jou? En wat levert meedoen je op?

Televisietijd
Om te beginnen moet je realistische verwachtingen hebben: 99% van de mensen halen niet eens een televisie-moment. Lukt dat wél dan levert meedoen je in ieder geval (kostbare) televisietijd op. Als je de préjury dus weet te passeren. Tijdens mijn werk als préjurylid hoorde ik een kandidaat eens zeggen:"als ik hier doorheen kom, mag ik naar de échte jury" (en wat was ik dan?), doelend op Henkjan Smits en collega's . Maar let op: juist de prejury kijkt erg precies en vakkundig. Ervaren zangcoaches en producers zitten naast elkaar. de zangcoaches beoordelen de stem. De producers de "televisiewaardigheid". Mag je door? Dan komt de "televisiejury". Zij voeren het programmaformat uit. Hoe zij reageren, de toon die zij zetten, is zorgvuldig door de redactie van het programma bepaald. Bij Popstars en Idols werden kandidaten soms zelfs uitgelachen. Bij the Voice is de toon weer heel anders. Sta je voor de televisiejury, dan is de show al begonnen. Daar maak jij dan deel van uit. Er wordt televisie gemaakt; een talentenshow is géén zangopleiding!

Winnen
als je het programma hebt gewonnen, dan wil dat zeggen dat je het vaakst in beeld bent geweest. Je prijs is daarom niet het platencontract. Daarvan zal je echt niet rijk worden. Platen kun je trouwens ook zelf maken, daar heb je geen televisieprogramma voor nodig (voor 500 euro heb je 500 cd's, voor 1000 euro 3 dagen studio tijd). Je echte prijs zijn kostbare televisieminuten. En promotie. En aandacht.

Kartonnen doos
Goede zangers worden meestal wel doorgelaten. Maar heb je de uitstraling van een kartonnen doos, dan wordt het wel lastig, hoe goed je ook zingt. Een geweldige uitstraling en een matige stem, kan het soms zelfs tot in de finales schoppen. Het blijft dus een gok. Maar als je jezelf in de kijker wil spelen, dan kan zo'n televisieprogramma wel helpen.

Voorwaarden
Je moet als kandidaat niets aan het toeval overlaten. Denken ze bij jou thuis allemaal dat je een groot zangwonder bent? Fijn voor je, maar die mensen houden van je. Het is hun wérk om je goed te vinden. Je ouders, broers, zussen, vrienden; zelf hebben ze het lef misschien niet. En hopen dat jij dat wél hebt. Wil je beoordelen of je zangambities realistisch zijn, ga dan naar een ervaren zangcoach. Iedere zichzelf respecterende artiest heeft zangles. Ja, óók Borsato! Als je denkt dat jij het wel zonder zangcoach kunt stellen, dan ben je erg naïef en overmoedig. Dus nogmaals: ga naar een zangdocent die bekend is met de eisen die gesteld worden. Al was het alleen maar om eens een professionele mening te horen van een vakman/vrouw. En om aan je stem te werken.

Mediatraining
En als het een zangcoach is die bekend is met televisie, is een stukje mediatraining ook zeker niet weg; ieder woord wat jij zegt kan verkeerd worden gemonteerd. Zo kun je kostbare stemmen verliezen. Er zijn technieken om jezelf zó neer te zetten zoals je jezelf graag ziet. Ook dat kun je met goede begeleiding oefenen.

Song
En zing vooral een nummer wat je al langer zingt. Een jury weet niet of het een nieuw nummer voor jou is of niet. Dus doe dan maar gewoon wat je al jaren doet. Daar kun je sneller in uitblinken en gaat het veel soepeler. En als de redactie iets voor je uitkiest, piep dan als je vindt dat het écht niet bij je past of als de toonhoogte niet klopt.

Afweging
Maar moet je nou wel of niet meedoen? Het kost in ieder geval tijd en voorbereiding om goed voor de dag te komen. Het nivo ligt bij iedere nieuwe show weer hoger. En het aantal zangers is in dit land echt eindeloos. Dus denk niet dat met één keer televisie je carrière is uitgestippeld. Zelfs winnaars moeten hard (blijven) werken om aan optredens te komen en gezien te worden.


Of je na lezing van dit verhaal nog mee moet doen of niet, hangt af van je doel. Wat wil je bereiken? Dat is de cruciale vraag. Het antwoord daarop weet jij zelf het beste. Want meedoen heeft niet alleen met zingen te maken.


Promotie
Doe je mee aan een talentenshow, dan moet je ook bereid zijn om iedereen in je (sociale) netwerk op de hoogte te blijven houden, schrijf Blogs, maak filmpjes, tweets, facebook posts; hoe meer je wordt "geliked" hoe meer mensen je gaan volgen. Zo bouw je aan een fanbase, zelfs al vóór je audtie wordt uitgezonden. Die fanbase smst jou later hopelijk ook door een moeilijke ronde heen. Of downloadt je single. Meedoen kost je dus veel tijd, ook náást het optreden. Kun je ook na deelname deze tijd blijven investeren, dan kan het dus een goed idee zijn om mee te doen. Maar doe je het alleen maar "voor de lol", verwacht dan niet dat de deuren van de showbizz voor jou zullen worden opengehouden. Tenzij je met volle handen aanbelt om de pizza-bestelling af te leveren.

zaterdag 5 januari 2013

Buikademhaling

Eén van de hardnekkigste misverstanden bij het zingen, is het begrip "buikademhaling". Het komt van een verkeerde vertaling van "abdominale ademhaling". Abdomen is je buikHOLTE. Dus abdominale ademhaling is ademhaling met je buikholte (de ruimte tussen je middenrif en je schaambeen), en niet met je buik (of buikwand). Adem je in, door je buik uit te zetten en in te trekken, dan krijg je een stijf geluid, moeilijk vibrato en raak je snel buiten adem. Mensen die dit zo hebben geleerd, zie je vaak met de hand op te buik om de ademhaling te controleren.

Bij een goede ademhaling, zet je je flanken uit. Je handen zijn, als je wilt controleren of het goed zit, in je zij. Kuch maar eens. De actie die je nu voelt in je flanken (of je zij, je middel, het zachte gedeelte net boven je heupen) is ademsteun. En dat is wat  je wilt. Een natuurlijk proces en een natuurlijk aanvoelende actie. Doet je buik hierin mee? Jawel. Maar als je je daar op richt, verkrampt je ademhaling.